No. 4.
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden,. 1932. Aanhangsel.
SCHRIFTELIJK BEANTWOORDE VRAGEN.
Vragen van den heer Dijkstra (ingekomen 20 Sep
tember 1932):
Door verschillende raadsleden zijn bij de behandeling
der begrooting 1932 vragen gesteld omtrent de radio
distributie.
Vooral in verband met het beëindigen van conces
sies, werd het noodig geoordeeld toen reeds in het
openbaar deze zaak te bespreken.
Bovendien werd als argument aangevoerd, dat de
houders van radio-centrales niet op een minder ge
schikt oogenblik op groote kosten dienden te worden
gebracht.
Wat in den laatsten tijd ten opzichte van deze zaak
te bespeuren valt, wijst nu niet bepaald in de richting
die gewenscht werd.
Deze korte uiteenzetting diene als inleiding tot de
volgende vragen
1. Kunnen B. W. medeaeelen op welk tijdstip de
concessies van de gemeente aan de houders der radio
centrales afloopen
ANTWOORD
VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS.
2. Hoe ver is het onderzoek van B. W. gevor
derd ten opzichte van een eventueele gemeentelijke
radio-distributie
3. Als uit het antwoord op vraag 2 blijkt, dat B.
W. reeds over belangrijke gegevens beschikken, kan
dan van B. W. binnen betrekkelijk korten tijd eer-
voorstel dienaangaande worden verwacht
1De gemeente heeft aan houders van radiocen
trales ter zake van het uitoefenen van hun bedrijf geen
concessie verleend. De ondernemingen van radiodistri
butie werken krachtens door het Rijk gegeven machti
gingen. Reeds eerder werd den Raad medegedeeld
(Memorie van Antwoord begrooting 1932, Handelingen
1931, blz. 514; Gemeenteverslag 1931, bl. 37), dat de
bemoeiing van het gemeentebestuur zich te dezen be
perkt tot het verleenen van vergunningen tot het span
nen van radiodistributiegeleidingen over den openbaren
weg. Deze vergunningen zijn gegeven aan hen, die in
het bezit zijn van een Rijksmachtiging, als vorenbe
doeld; zij zijn tot wederopzegging verleend.
2. Er is omtrent deze aangelegenheid bereids een
onderzoek ingesteld, waardoor wij over uitvoerige
gegevens dienaangaande de beschikking hebben ver
kregen.
3. Mede ter voldoening aan de toezegging, onzerzijds
gedaan naar aanleiding van een desbetreffend voorstel
van het lid van den Raad, den heer Van Kollem, (zie
Handelingen 1931, blz. 296), zullen wij, zoo spoedig
als mogelijk blijkt, den Raad met ons oordeel in zake
de wenschelijkheid en rentabiliteit van eene gemeente
lijke radiodistributie in kennis stellen.
Leeuwarden, 22 September 1932.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
J. M. VAN BEYMA, Burgemeester.
E. SCHOTMAN, Secretaris.