Aanhangsel nr. 3
Antwoord van burgemeester en wethouders op schriftelijke vragen als bedoeld
in artikel 37, eerste lid, van het reglement van orde voor vergaderingen van
de raad der gemeente Leeuwarden ingediend door de PAL/GroenLinks-fractie
inzake de Koppelingswet, een wijzigingsvoorstel van de Vreemdelingenwet.
"Begin september ontving de gemeenteraad de beantwoording van de vragen zoals
die waren gesteld door de heer Roekiman namens de PAL/GroenLinks fractie.
In grote lijnen komt uw antwoord er op neer dat u de zorgen van de heer
Roekiman deelt, de wetsvorming wilt afwachten voor u zich een oordeel vormt
en eventueel een protestbrief wilt sturen.
De fractie van PAL/GroenLinks heeft hier met enige verbazing kennis van
genomen. Naar onze mening heeft een protestbrief meer zin voordat tot finale
besluitvorming is gekomen. Verder laat u het aan de fracties zich tot
partijgenoten in de Tweede Kamer te wenden.
Het gaat hier echter niet om partijpolitieke belangen, maar om gemeentelijke
belangen: als gemeente worden wij belast met de uitvoering van deze wet. Onze
ambtenaren zullen in een positie van opsporingsambtenaar geplaatst worden."
Vragen
In de achterliggende weken heeft de
Tweede Kamer gedebatteerd over de
Koppelingswet; heeft naar aanlei
ding daarvan in het college nadere
standpuntbepaling plaatsgevonden?
Antwoorden
Ja het college van b&w heeft uit
voerig gesproken over het wetsvoor
stel dat thans ter behandeling bij
de Eerste Kamer ligt. Wij blijven
echter op het standpunt staan dat
de gemeente rijksbeleid volgt. Bij
uw eerdere vragen hebben wij geant
woord dat het hier gaat om een
gewijzigd voorstel, dat een aantal
verbeterpunten bevat, m.n. bij de
omschrijving van de doelgroep en de
reikwijdte van het wetsvoorstel.
Het is de bedoeling dat de wet op 1
juli van dit jaar in werking
treedt. Wij vragen ons wel af of
dit haalbaar is. Er zal in elk ge
val sprake moeten zijn van een rea
listisch uitzettingsbeleid en een
effectief terugkeerbeleid. Dat is
rijksverantwoordelijkheid. Wij con
stateren dat tot op dit moment er
vaak sprake is van "administratieve
verwijderingen." Tevens maken wij
ons zorgen over de uitvoerbaarheid
en de handhaafbaarheid van het kop
pelingsprincipe
1